“Ik vind het niet leuk dat je dit doet”

Dit lijkt een simpel zinnetje, maar voor kinderen niet altijd even makkelijk om uit te spreken. Het kan zijn dat een kind bang is voor de ander, heel verlegen is of dat het aardig gevonden wil worden en daarom de eigen mening niet durft te zeggen. Eigen grenzen kunnen aangeven is een belangrijk onderdeel in de weerbaarheid van een kind.

Soorten grenzen

Er zijn verschillende soorten grenzen:

  • Lichamelijke grenzen. Deze grens geeft aan wie jou mag aanraken (en waar) en wie niet. Het is goed om kinderen al op jonge leeftijd te leren dat zij dit zelf mogen bepalen. Het is dan ook een belangrijke grens, want niet iedereen mag iemand anders zomaar aanraken.
  • Mentale grenzen. Deze hangen nauw samen met de eigen waarden en normen. De vrijheid om je eigen mening te hebben en de gedachten daarover uit te spreken.
  • Emotionele grenzen. Deze zijn vaak minder goed zichtbaar, maar wel heel goed voelbaar. Ook een kind kan heel duidelijk in zijn lichaam voelen of iets als plezierig of onprettig aanvoelt. Het gaat dus om de eigen emoties en gevoelens en die van anderen, en hoe je daarmee omgaat.

Hoe op een goede manier grens aangeven

Kinderen die niet weten hoe ze hun grens moeten aangeven, kunnen op twee manieren reageren. Ze worden heel boos of agressief en gaan daarmee juist over de grens van de ander heen. Of ze trekken zich terug, durven niets te zeggen en werken daarmee het grensoverschrijdend gedrag van de ander in de hand. Het is daarom belangrijk dat een kind leert om op een goede, assertieve manier zijn grens aan te geven.

Dat kan door:

  • Sterke lichaamstaal: goed rechtop staan, hoofd omhoog, de ander aankijken en voeten op schouderbreedte waardoor je steviger staat.
  • Luid, duidelijk en rustig praten.
  • Vertellen wat je werkelijk voelt of vindt. Dit doe je door te benoemen wat de ander doet en wat je daarbij voelt. En vervolgens vragen of de ander daarmee stopt of aangeven wat je wél wilt dat de ander doet.

Wat kun jij als ouder doen

Om je kind kennis te laten maken met zijn fysieke grens is kindermassage, schrijven op elkaars rug of kriebelen een goede manier. Zo leert het kind dat de huid de buitenmuur is van zijn lichaam. De lichamelijke aanraking leert jouw kind om zijn lichaam beter aan te voelen.

Moeilijker om te herkennen zijn de emotionele grenzen. Emoties kunnen vaak als heel intens beleefd worden, maar ook als niet weten wat je voelt en hoe ermee om te gaan. Hoe gaat jouw kind om met de basisemoties blij, boos, bang en bedroefd? Probeer daar eens op te letten. Worden de emoties geuit of slikt jouw kind ze weg waardoor een ander over zijn grens gaat?

Jij als ouder geeft het voorbeeld aan jouw kind. Dus hoe ga jij zelf om met grenzen stellen? Durf jij op een assertieve manier te reageren als er over jouw grens wordt gegaan? Of doe je dit toch op een agressieve of defensieve manier? Als je een spelletje speelt met jouw kind, maar daar geen zin meer in hebt, hoe reageer je dan? Agressief: “Het is nu genoeg!” Defensief: “Euhm, eigenlijk heb ik geen zin meer, maar…..” Assertief: “ik ga stoppen, want ik merk dat ik moe word en dan vind ik het niet meer leuk”. Jouw manier van reageren wordt door het kind gezien als goed voorbeeldgedrag en zal het kopiëren.

Let wel op dat het kind de ruimte krijgt om ook zijn eigen grenzen te ontwikkelen en je niet teveel jouw eigen grenzen oplegt. Het zijn niet voor niets jouw grenzen en die hoeven niet persé volledig gelijk te zijn aan die van jouw kind. Geef het kind de ruimte om, binnen veilige omstandigheden, te experimenteren met zijn eigen grenzen. Op die manier leert het wat voor hem belangrijk is en goed voelt en kan het opgroeien tot een sterke en onafhankelijke volwassene.

Hoe ga jij om met jouw grenzen?

Delen is fijn!

Share on facebook
Share on linkedin
Share on whatsapp
Share on email

Plaats een reactie